Hoe werkt dat nu, een koelkast?
Eigenlijk maakt een koelkast geen koude, het pompt alleen de aanwezige warmte in de koelkast naar buiten. Hiervoor maakt men gebruik van de volgende componenten: een verdamper, compressor, condensor, koelgas en een capilair of expansieventiel. Op de tekening zie je alle componenten.
Belangrijk bij een koelkast
Essentieel in het proces is de verdamping van koelvloeistof in de verdamper. Hiervoor heeft men warmte nodig en die onttrekt men aan de warmte in het toestel. Nadien gaat men de koelgas comprimeren en laten condenseren tot een vloeistof. Deze compressie en condensatie creëert warmte aan de buitenkant van de koelkast. Op die manier pompt men de aanwezige warmte in de koelkast naar buiten.
Belangrijk is dat de warmte uitwisseling zowel aan de verdamper en condensor onbelemmerd kan gebeuren :
Praktisch betekent dat de verdamper niet mag vol ijs zitten en dat de condensor steeds stofvrij moet zijn. Alle belemmeringen verhinderen dus de juiste werking van de koelkast.
Ruim aanbod aan verdampers
Er bestaan verschillende soorten verdampers: stille of statische verdampers en geventileerde verdampers. Bij deze laatste zorgt een ventilator voor extra en betere luchtverplaatsing in de ruimte. Deze ventilatie zorgt voor een betere verdeling van de koude maar ook voor iets meer uitdroging aan de oppervlakte van de producten. Denkt u maar aan het drogen van wasgoed buiten, dat gaat sneller als er iets wind staat.
De condensors aan de buitenkant van het toestel heeft meestal een ventilator die er voor zorgt dat de warmte goed kan worden afgegeven.
Denk er dus vooral aan om de koeling op de juiste plaats te installeren en vooral laat U goed adviseren door een vakman. Uw koeltechnieker is Uw beste adviseur niet Google.